
Captain John Mills werd in 1853 tot havenmeester benoemd. Het voorhuis van Mills Cottage dateert uit die tijd, maar de achterliggende gedeelten van het huis zijn al van 1840. Ca. 5 jaar geleden hebben er flinke restauraties plaatsgevonden om het huis te behouden.

Ook in de achtergelegen Wishart Street vonden we de historie terug, o.a. in oorspronkelijke vissershuisjes. Het is een rondwandeling zeker waard.


Bank street en Sackville street vormen het kloppend hart van de stad. Aardige winkels en veel horeca. Het gebouw waarin de bibliotheek is gevestigd heeft eveneens de tand des tijds doorstaan. De naastgelegen Lecture Hall is iets jonger, 1881-1882. De slogan van de bibliotheek luidt: Libraries change lives! Op bescheiden wijze doet de kleine straatbibliotheek met zijn book swap daaraan wellicht ook mee en anders wel die geweldig leuke, warme boekwinkel, waar twee schoolmeisjes tussen de middag zomaar even met drie nieuwe boeken de winkel uitgingen!





Griffiths Island, oorspronkelijk drie eilandjes die door menselijke ingrepen samengevoegd zijn tot één en sinds 1900 verbonden met het vasteland net voorbij het centrum van Port Fairy. Er is hier heel wat gebeurd sinds de eerste walvisvaarders voet aan wal zetten en het wordt dan ook als een historisch waardevolle site beschouwd. De website van de Heritage Council Victoria vertelt hierover in detail.
Het eiland heeft echter ook een grote natuurlijke waarde voor vele (zee)vogels en andere dieren. Het is vooral bekend als broedplaats voor de Short-tailed Shearwater ofwel "Mutton Bird", een soort pijlstormvogel. Het midden van het eiland is dan ook niet toegankelijk, maar de rondwandeling over natuurlijke paden en stranden aan de buitenzijde lieten wij ons niet ontgaan.
Wij liepen over een strekdam, vervolgens over een stuk strand en via een duinpaadje naar de vuurtoren. Wat was er met dat zeehondje gebeurd, dat hij hier de dood heeft gevonden?



De basaltblokken hier vormen het einde van de lavastroom uit de vulkaan Mount Rouse bij Penshurst, waar we onderweg van de Grampians langsgekomen zijn. (afstand ca. 60 km!)

Zon en wolken wisselden elkaar af en dat leverde spectaculaire luchten op. Geheel droog hebben we het deze dag niet gehouden, maar met wat buien zo nu en dan viel het reuze mee met de regen.
Australische Ibis, bovenop het duin zagen we er meer. In de dichte begroeiïng zocht een grote witte reiger met veel succes naar voedsel. Volgens mij zag ik eenmaal een slangetje kronkelen in de snavel.



Bescherming van de vogels vindt trouwens ook heel actief plaats door het bestrijden van vossen met vergiftigd aas. De vos is in Australië geïntroduceerd door de Europeanen, heeft zich hier prima weten te handhaven en voortplanten en vormt daardoor niet zelden een bedreiging voor inheemse soorten. De eieren van de stormvogels in hun nestjes op de grond zijn een tafeltje-dek-je-happy-hour voor Reintje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten